Wolfstanden

  

Wolfstanden zijn kleine tandjes die voor de eerste maaltand staan. In de evolutie hebben ze hun functie verloren, ze worden niet meer gebruikt om te kauwen. Soms zijn ze scherp en kunnen ze door hun plaatsing hinderen bij het gebruik van een bit. Hierdoor worden ze meestal preventief verwijderd.     

 Werkwijze:

 

  • Het paard wordt gesedeerd
  • de wolfstandjes en omgeving worden ongevoelig gemaakt met lokale verdoving
  • het tandvlees wordt losgemaakt
  • de ligamentjes tussen tandje en tandkas worden losgemaakt
  • het wolfstandje wordt zonder kracht getrokken
  • nakijken of de wortel volledig is verwijderd
  • het wondje wordt ontsmet en sluit in enkele dagen  

  

 

De grootte van wolfstandjes kan sterk verschillen tussen paarden.  Hiernaast verschillende verwijderde wolfstanden.  

Blinde wolfstand

 

Dit is een wolfstandje dat zich onder het tandvlees bevindt. Zeer vaak zijn ze afwijkend van ligging, richting en vorm. Wanneer zo een tandje aanwezig is, geeft het meestal hinder bij gebruik van een bit. Het overliggend tandvlees wordt dan geplet tussen het wolfstandje en het bit. Na verdoven zijn ze vlot te verwijderen.  

Wortelresten

Bij het trekken van een wolfstand kan, vooral bij onvoldoende of geen verdoving, de kroon afbreken. De wortel blijft dan zitten. Als het niet direct wordt opgemerkt, groeit het wondje dicht over de scherpe wortelrest. Indien het bit hierop komt is dit uitermate pijnlijk voor het paard. Bij drukken met de vinger op deze plaats trekt het paard weg.

Wortelresten kunnen op dezelfde manier verwijderd worden als een blinde wolfstand.